Vertaal
Naar andere talen: • term > DEterm > ESterm > FR
Vertalingen term EN>NL

1 a (usually limited) period of time: “a term of imprisonment”
termijn

2 a division of a school or university year: “the autumn term.”
semester

3 a word or expression: “Myopia is a medical term for short-sightedness.”
vakterm

terms (noun plural)

1 the rules or conditions of an agreement or bargain: “They had a meeting to arrange terms for an agreement.”
voorwaarde

2 fixed charges (for work, service etc): “The firms sent us a list of their terms.”
betalingsvoorwaarden

3 a relationship between people: “They are on bad/friendly terms.”
relatie
to name or call: “That kind of painting is termed 'abstract'.”
noemen

come to terms

1 to reach an agreement or understanding: “They came to terms with the enemy.”
het eens worden

2 to find a way of living with or tolerating (some personal trouble or difficulty): “He managed to come to terms with his illness.”
zich verzoenen met

in terms of

using as a means of expression, a means of assessing value etc: “He thought of everything in terms of money.”
uit het oogpunt van
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to term looptijd (ww.) ; zin (ww.) ; zegswijze (ww.) ; voorwaarde (ww.) ; vernoemen (ww.) ; vereiste (ww.) ; uitdrukking (ww.) ; tijdsduur (ww.) ; tijdsbestek (ww.) ; termijn (ww.) ; term (ww.) ; schooltijd (ww.) ; periode (ww.) ; noemen (ww.) ; naam (ww.) ; gezegde (ww.) ; frase (ww.) ; eis (ww.) ; een naam geven (ww.) ; conditie (ww.) ; benoeming (ww.) ; benoemen (ww.) ; benaming (ww.) ; aanduiding (ww.)
term aanduiding ; zittingsperiode ; vakterm ; term ; looptijd ; ambtstermijn
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `term`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: meaning
EN: occupancy
EN: permanent status
EN: possession
EN: residence

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: terms NL: voorwaarden NL: verhouding NL: 'voet'
EN: his term of office expired NL: z'n ambtsperiode liep af
EN: flattering terms NL: vleiende bewoordingen
EN: term has not yet started NL: de scholen (colleges) zijn nog niet begonnen
EN: come to terms NL: het eens worden NL: toegeven
EN: keep terms NL: college lopen
EN: I hope to make terms with him NL: ik hoop tot een vergelijk met hem te komen
EN: for a term of years NL: voor een aantal jaren
EN: they are in terms with one another NL: ze voeren onderhandelingen
EN: he only thinks in terms of money NL: hij denkt alleen maar aan geld
EN: surrender on terms NL: z. voorwaardelijk overgeven
EN: be on Christian (of first) name term NL: elkaar bij de voornaam noemen
EN: they met on level terms NL: ze gingen op voet van gelijkheid om met elkaar
EN: marry on equal terms NL: huwen in gemeenschap van goederen
EN: they are not on speaking terms NL: ze spreken elkaar niet
EN: they were brought to terms NL: ze werden onderworpen
EN: landed term NL: (handel) vrij wal