Vertaal
Naar andere talen: • spend > DEspend > ESspend > FR
Vertalingen spend EN>NL

1 to use up or pay out (money): “He spends more than he earns.”
uitgeven

2 to pass (time): “I spent a week in Spain this summer.”
doorbrengen

spent (Bijvoeglijk naamwoord)

1 used: “a spent match.”
gebruikt

2 exhausted: “By the time we had done half of the job we were all spent.”
uitgeput

'spendthrift (Zelfstandig naamwoord)

a person who spends his money freely and carelessly.
verkwister
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to spend besteden (ww.) ; doorbrengen (ww.) ; doorjagen (ww.) ; iets uitgeven (ww.) ; opmaken (ww.) ; potverteren (ww.) ; slijten (ww.) ; spenderen (ww.) ; uitgeven (ww.) ; verbrengen (ww.) ; verbruiken (ww.)
spend aangeven ; aanreiken ; spanderen ; verdrijven ; verteren
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `spend`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: advance
EN: devote
EN: put in
EN: use up

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: spend o.s. NL: zich uitputten (uitsloven)
EN: the storm has spent itself NL: de storm is uitgeraasd
EN: the night is far spent NL: de nacht (avond) is bijna om