1. MWB
  2. Vertalen
  3. separate (EN>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • separate > DE • separate > ES • separate > FR
Vertalingen separate EN>NL

1 (sometimes withintoorfrom) to place, take, keep or force apart: “He separated the money into two piles”
scheiden

2 to go in different directions: “We all walked along together and separated at the cross-roads.”
uiteengaan

3 (of a husband and wife) to start living apart from each other by choice.
uiteengaan

1 divided; not joined: “He sawed the wood into four separate pieces”
afzonderlijk

2 different or distinct: “This happened on two separate occasions”
verschillend

'separateness (Zelfstandig naamwoord)

afzonderlijkheid

'separable (Bijvoeglijk naamwoord)

that can be separated.
scheidbaar

'separately (Bijwoord)

in a separate way; not together.
afzonderlijk

'separates (noun plural)

garments (eg jerseys, skirts, trousers, blouses, shirts) that can be worn together in varying combinations.
afzonderlijk combineerbare kledingstukken

'sepa'ration (Zelfstandig naamwoord)

1 the act of separating or the state or period of being separated: “They were together again after a separation of three years.”
scheiding

2 a (legal) arrangement by which a husband and wife remain married but live separately.
scheiding van tafel en bed

'separatist (Zelfstandig naamwoord)

a person who urges separation from an established political state, church etc.
separatist

'separatism (Zelfstandig naamwoord)

separatisme

separate off

to make or keep (a part or parts) separate.
afzonderen

separate out

to make or keep separate or distinct.
uitkiezen

separate up

to divide: “The house has been separated up into different flats.”
verdelen

separate is spelt with -ar- (not -er-).

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to separate van elkaar gescheiden (ww.) ; afscheiden (ww.) ; afzonderen (ww.) ; apart zetten (ww.) ; delen (ww.) ; hakken (ww.) ; isoleren (ww.) ; ontmengen (ww.) ; opdelen (ww.) ; opsplitsen (ww.) ; scheiden (ww.) ; separeren (ww.) ; splitsen (ww.) ; uit elkaar halen (ww.) ; uiteenhalen (ww.) ; uitscheiden (ww.) ; uitsplitsen (ww.)
separate enig ; vrijstaand ; uniek ; separaat ; op zich ; onvergelijkelijk ; losstaand ; gescheiden ; besloten ; apart ; alleenstaand ; afzonderlijk ; afgezonderd ; afbreken ; afgezonderde ; afnemen in de zin van 'verwijderen' ; bijzonder ; delen ; gedeeld ; los ; los bijgeleverde ; opensplijten ; opsplitsen ; optrekken ; overdruk ; schiften ; separate ; uiteengaan ; vaneengaan ; verbreken van contact ; verdelen ; zich afsplitsen ; zich verspreiden
Bronnen: MWB; Wakefield genealogy pages; interglot; Vlietstra; Autowoordenboek; Wikipedia; KNNV Botanical glossary; Download IATE, European Union, 2017.; SEG


Voorbeeldzinnen met `separate`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: apart
EN: break up
EN: cut off
EN: detached
EN: different
EN: disconnect
EN: disconnected
EN: discrete
EN: disengage
EN: dissimilar

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: separate estate NL: eigen vermogen van de (gehuwde) vrouw
EN: separate maintenance NL: alimentatie
EN: separateed milk NL: taptemelk