Vertalingen member EN>NL
1 a person who belongs to a group, club, society, trade union etc: “The association has three thousand members.”lid2 short for Member of Parliament. M.P'membership (Zelfstandig naamwoord)1 the state of being a member: “membership of the Communist Party.”lidmaatschap2 a group of members: “a society with a large membership.”ledental3 the amount of money paid to a society etc in order to become a member: “The membership has increased to $5 this year.”lidmaatschap© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
the member | de lidmaat ; het lid ; de lichaamsdelen ; de ledematen |
member | orgaan ; vennoot ; staaf ; spant ; schot ; partijlid ; partijganger ; aandeelhouder ; membrum ; lid ; ledemaat ; element ; deelnemer ; deelgenoot ; compagnon ; balk als onderdeel van constructie ; aanhanger ; aangeslotene |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Bouwwoordenboek; Wakefield genealogy pages; Vlietstra; Autowoordenboek
Voorbeeldzinnen met `member`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: accompliceEN: appendageEN: applicantEN: associateEN: beneficiaryEN: boughEN: branchEN: contestantEN: contributorEN: extremityUitdrukkingen en gezegdes
EN: a rum
member
NL: (sl.) een eigenaardig heerEN: the unruly
member
NL: de tong