Vertalingen insist EN>NL
1 (withthatoron) to state, emphasize, or hold firmly to (an opinion, plan etc): “He insists that I was to blame for the accident”volhouden2 (often withonorthat) to demand or urge: “He insists on punctuality/obedience”aandringenin'sistence (Zelfstandig naamwoord)(the act of) insisting: “She went to see the doctor at her husband's insistence.”aandrangin'sistent (Bijvoeglijk naamwoord)volhoudend© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to insist | aandringen (ww.) ; aanhouden (ww.) ; blijven bij (ww.) ; erop staan (ww.) ; met klem beweren (ww.) ; niet terugnemen (ww.) ; op iets aandringen (ww.) ; volhouden (ww.) |
Bronnen: interglot; MWB
Voorbeeldzinnen met `insist`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: claimEN: commandEN: exactEN: orderEN: requireEN: stipulateUitdrukkingen en gezegdes
EN: I
insist (up)on your going
NL: ik sta erop dat je gaat