1. MWB
  2. Vertalen
  3. glow (EN>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • glow > DE • glow > ES • glow > FR
Vertalingen glow EN>NL

1 to give out heat or light without any flame: “The coal was glowing in the fire.”
gloeien

2 to have red cheeks because of heat, cold, emotion etc: “The little boy glowed with pride.”
blozen
the state of glowing: “the glow of the coal in the fire.”
het gloeien

'glowing (Bijvoeglijk naamwoord)

: “glowing colours.”
gloeiend, gloedvol

'glow-worm (Zelfstandig naamwoord)

a kind of beetle whose tail glows in the dark.
glimworm
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to glow blozen (ww.) ; glans (ww.) ; glanzen (ww.) ; glimmen (ww.) ; gloed (ww.) ; gloeien (ww.) ; gloeiing (ww.) ; kleuren (ww.) ; rood worden (ww.) ; schijn (ww.) ; schijnsel (ww.) ; straling (ww.)
glow blaken ; in gloed staan ; vuur
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `glow`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: beam
EN: brightness
EN: brilliance
EN: daylight
EN: glare
EN: illumination
EN: light
EN: luminosity
EN: radiance
EN: sheen