1 a strip of timber: “The floorboards of the old house were rotten.”
plank

2 a flat piece of wood etc for a special purpose: “notice-board”
bord

3 meals: “board and lodging.”
kost

4 an official group of persons administering an organization etc: “the board of directors.”
raad, bestuur

1 to enter, or get on to (a vehicle, ship, plane etc): “This is where we board the bus.”
instappen, aan boord gaan

2 to live temporarily and take meals (in someone else's house): “He boards at Mrs Smith's during the week.”
logeren

'boarder (Zelfstandig naamwoord)

a person who temporarily lives, and takes his meals, in someone else's house.
kostganger

'boarding-house (Zelfstandig naamwoord)

a house where people live and take meals as paying guests.
pension

'boarding-school (Zelfstandig naamwoord)

a school which provides accommodation and food as well as instruction.
kostschool

across the board (also adjective)

an across-the-board increase.
over de hele linie

go by the board

to be abandoned: “All my plans went by the board when I lost my job.”
overboord gegooid worden
© K Dictionaries Ltd.

to board	verpakken (ww.) ; beschieten (ww.) ; emballeren (ww.) ; enteren (ww.) ; herbergen (ww.) ; huisvesten (ww.) ; inpakken (ww.) ; instappen (ww.) ; inwikkelen (ww.) ; kartonneren (ww.) ; onderbrengen (ww.) ; onderdak geven (ww.) ; onderdak verschaffen (ww.)
the board	het bord ; smalle plank (znw.) ; de schroot (m) ; de plank (v) ; de part ; legbord (znw.) ; de lat ; het kostgeld ; het hoofdbestuur ; de directie (v) ; het bestuur ; het beheer ; het aandeel
board	aanklampen ; aan boord gaan ; afdelingsbestuur ; bestuur ; betimmeren ; kaart ; karton ; klopper ; nat- of pers plank ; pantograafplaat ; plaat ; plank ; Raad ; raad van beheer ; scheerbord ; tablet ; triplexplaat of vezelplaat ; visbord ; zich vastklampen aan ; zijschot

Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; MWB; Download IATE, European Union, 2017.; Vlietstra




EN: executive
EN: flat timber
EN: floorboard
EN: lath
EN: pane
EN: piece of wood
EN: plate
EN: section
EN: sheet

EN: above board NL: eerlijk
EN: across the board NL: allesomvattend NL: zonder aftrek NL: 'schoon'
EN: on board NL: aan boord
EN: go by the board NL: overboord slaan NL: verloren gaan
EN: board and lodging NL: kost en inwoning
EN: board of directors NL: raad van commissarissen
EN: Board of Trade NL: Ministerie van Handel NL: (Am.) Kamer van Koophandel
EN: boards NL: vloer NL: toneel NL: band
EN: in boards NL: gekartonneerd
EN: make boards NL: lavéren
EN: board out NL: uitbesteden NL: buitenshuis eten