Vertalingen überreichen DE>NL
überreichen
werkw.
jemandem etw. in feierlicher Weise geben -
overhandigen Die Teilnehmer bekamen vom Bürgermeister Urkunden überreicht. - De deelnemers kregen van de burgemeester een oorkonde overhandigd. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
überreichen (ww.) | distribueren (ww.) ; doorgeven (ww.) ; iets toekennen (ww.) ; inleveren (ww.) ; overgeven (ww.) ; reiken (ww.) ; toebedelen (ww.) ; toekennen (ww.) ; toewijzen (ww.) ; verdelen (ww.) ; verder reiken (ww.) |
überreichen | uitreiken |
Bronnen: interglot; WikipediaVoorbeeldzinnen met `überreichen`

Voorbeeldzinnen laden....