Vertalingen überlegen DE>NL
I überlegen
werkw.
1) sich über etw. Gedanken machen -
nadenken Ich werde mir einen Plan überlegen, wie wir das machen können. - Ik zal nadenken over een plan hoe we dat kunnen doen. Er überlegte eine Weile, dann sagte er: „Ich tue es!‟ - Hij dacht er een poosje over na en zei toen: "Ik doe het!" |
hin und her überlegen (=mehrere Möglichkeiten in Betracht ziehen) - overwegen
|
2) deel van de uitdrukking: es sich überlegen (=über etw. nachdenken) - nadenken
|
es sich anders / noch einmal überlegen (=seine Meinung, Entscheidung ändern) - bedenken
|
II überlegen
bijv.naamw.
besser, stärker als andere / anderes -
beter Der Feind war ihnen zahlenmäßig überlegen. - De vijand was te sterk voor hen door hun numerieke meerderheid. Er ist mir an Kraft / im Rechnen überlegen. - Hij is sterker dan ik / beter in rekenen dan ik. |
III überlegen
bijwoord
deel van de uitdrukking: beter Die Mannschaft spielte überlegen. - Het team speelde beter. Bis zur Halbzeit führten sie überlegen zwei zu null. - Tot de rust leidde zij overtuigend met twee tegen nul. |
IV die Überlegenheit
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [yːbɐˈleːgənːhait] |
Verbuigingen: | Überlegenheit |
deel van de uitdrukking: superioriteit Durch seine körperliche Überlegenheit war ihm der Sieg sicher. - Door zijn fysieke superioriteit stond de overwinning van hem vast. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
überlegen (ww.) | denken (ww.) ; prakkiseren (ww.) ; piekeren (ww.) ; peinzen (ww.) ; overwegen (ww.) ; overdenken (ww.) ; nadenken (ww.) ; in acht nemen (ww.) ; iets overwegen (ww.) ; doordenken (ww.) ; consideren (ww.) ; beraden (ww.) ; bedenken (ww.) ; afwegen (ww.) |
überlegen | overdekt ; opgewassen tegen ; bestand ; opperste ; superieur ; prevalent |
Bronnen: Wikipedia; interglot; mwb
Voorbeeldzinnen met `überlegen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abwägenDE: aus höherer Sicht/WarteDE: beratenDE: berücksichtigenDE: besserDE: denkenDE: erhabenDE: friedlichDE: grossartigDE: grübeln überUitdrukkingen en gezegdes
DE: sich weit
überlegen
NL: ver overhangenDE: das will ich mir noch
überlegen
NL: daar zal ik nog eens over denkenDE: einem weit
überlegen sein
NL: iemand ver de baas zijnDE: überlegen siegen
NL: met grote voorsprong winnen