Vertalingen Weiden DE>NL
weiden
werkw.
1) auf einer Weide stehen und Gras fressen -
grazen Auf den Bergwiesen weidet im Sommer das Vieh. - Het vee graast in de zomer op de bergwei. |
2) Tiere auf die Weide bringen und beaufsichtigen -
hoeden Hier haben schon immer Hirten ihre Herden geweidet. - Hier hebben altijd de herders hun kuddes gehoed. |
3) an etw. Freude haben -
verheugen sich an einem Anblick / am Unglück anderer Menschen weiden - zich verheugen bij de zijn aanblik / aan het ongeluk van andere mensen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
weiden (ww.) | afgrazen (ww.) ; graseten (ww.) ; grazen (ww.) |
Weiden (mv.) | weides (mv.) |
die Weiden | het weiden ; de weilanden |
Weiden | begrazing ; grazen ; weiden |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Weiden`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: grasenUitdrukkingen en gezegdes
DE: sich
weiden an
NL: zich verlustigen in