Vertalingen vorlegen DE>NL
vorlegen
werkw.
1) jemandem etw. zeigen, damit er es prüfen / unterschreiben kann -
voorleggen der Behörde eine Bescheinigung vorlegen - aan de instantie een attest voorleggen Er legte seinem Vorgesetzten ein neues Konzept vor. - Hij legde bij zijn meerdere een nieuw concept voor. |
2) der Öffentlichkeit präsentieren -
publiceren Der Autor legte seinen ersten Roman vor. - De schrijver publiceerde zijn eerste roman. |
3) als Vorbild für andere erzielen -
tonen Sie legte ein Arbeitstempo vor, mit dem wir kaum Schritt halten konnten. - Zij begon met een werktempo welke wij bijna niet konden volgen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vorlegen (ww.) | aanbieden (ww.) ; indienen (ww.) ; ter overweging geven (ww.) ; voorleggen (ww.) |
vorlegen | overleggen ; overleggen (van documenten) ; voorleggen aan |
Bronnen: interglot; Antiquarian Dictionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `vorlegen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: anbietenDE: einreichenDE: in Vorschlag bringenDE: unterbreitenDE: vorbringenDE: vorschlagenDE: vorsetzenDE: vorweisenDE: zu bedenken gebenUitdrukkingen en gezegdes
DE: ein flottes Tempo
vorlegen
NL: in een vlot tempo rijdenDE: sich
vorlegen
NL: zich voorover buigen