Vertaal
Naar andere talen: • vorlegen > ENvorlegen > ESvorlegen > FR
Vertalingen vorlegen DE>NL

vorlegen

werkw.
Uitspraak:  [ˈfoːɐleːgən]

1) jemandem etw. zeigen, damit er es prüfen / unterschreiben kann - voorleggen
der Behörde eine Bescheinigung vorlegen - aan de instantie een attest voorleggen
Er legte seinem Vorgesetzten ein neues Konzept vor. - Hij legde bij zijn meerdere een nieuw concept voor.

2) der Öffentlichkeit präsentieren - publiceren
Der Autor legte seinen ersten Roman vor. - De schrijver publiceerde zijn eerste roman.

3) als Vorbild für andere erzielen - tonen
Sie legte ein Arbeitstempo vor, mit dem wir kaum Schritt halten konnten. - Zij begon met een werktempo welke wij bijna niet konden volgen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vorlegen (ww.) aanbieden (ww.) ; indienen (ww.) ; ter overweging geven (ww.) ; voorleggen (ww.)
vorlegen overleggen ; overleggen (van documenten) ; voorleggen aan
Bronnen: interglot; Antiquarian Dictionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `vorlegen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: anbieten
DE: einreichen
DE: in Vorschlag bringen
DE: unterbreiten
DE: vorbringen
DE: vorschlagen
DE: vorsetzen
DE: vorweisen
DE: zu bedenken geben

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: ein flottes Tempo vorlegen NL: in een vlot tempo rijden
DE: sich vorlegen NL: zich voorover buigen