1. MWB
  2. Vertalen
  3. vorfinden (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • vorfinden > EN • vorfinden > ES • vorfinden > FR
Vertalingen vorfinden DE>NL

vorfinden

werkw.
Uitspraak:  [ˈfoːɐfɪndən]

an einen Ort kommen, wo etw. / jemand in einem Zustand ist - vinden
im Job beste Arbeitsbedingungen vorfinden - in een baan de beste arbeidsvoorwaarden vinden
Er hat den Verletzten bewusstlos vorgefunden. - Hij heeft de gewonden bewusteloos gevonden.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vorfinden (ww.) aantreffen (ww.) ; tegenkomen (ww.) ; vinden (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vorfinden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Antreffen
DE: auffinden
DE: begegnen
DE: finden
DE: sich treffen
DE: treffen
DE: zusammentreffen

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: sich vorfinden NL: aanwezig zijn