Vertalingen verpflegen DE>NL
I verpflegen
werkw.
Uitspraak: | [fɛɐˈpfleːgən] |
mit Nahrung versorgen -
te eten geven Ich fahre ein paar Tage weg, so lange müsst ihr euch selbst verpflegen. - Ik ga een paar dagen weg, jullie moeten zolang voor jezelf zorgen. |
II die Verpflegung
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [fɛɐˈpfleːgʊŋ] |
Verbuigingen: | Verpflegung , Verpflegungen |
1) deel van de uitdrukking: verzorging Habt ihr für den Ausflug genügend Verpflegung dabei? - Hebben jullie voor het uitstapje genoeg eten en drinken bij? |
2) deel van de uitdrukking: verzorging Sie kümmerten sich um die Unterbringung und Verpflegung der Gäste. - Zij zorgde voor het onderdak en verzorging van de gasten. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
verpflegen (ww.) | azen (ww.) ; bekommeren (ww.) ; eten geven (ww.) ; prooizoeken (ww.) ; spijzigen (ww.) ; te eten geven (ww.) ; verplegen (ww.) ; verzorgen (ww.) ; voeden (ww.) ; voederen (ww.) ; voeren (ww.) ; zich zorgen maken (ww.) ; zorgen voor (ww.) ; zorgen voor iets (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `verpflegen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: erbeutenDE: pflegenDE: sorgenDE: speisenDE: versorgen