Vertaal
Naar andere talen: • verleumden > ENverleumden > ESverleumden > FR
Vertalingen verleumden DE>NL

I verleumden

werkw.
Uitspraak:  [fɛɐˈlɔymdən]

unwahre negative Behauptungen über jemanden verbreiten - belasteren
Aus Missgunst verleumdete er seinen Konkurrenten als Betrüger. - Van afgunst belasterde hij zijn concurrenten als bedriegers.


II die Verleumdung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [fɛɐˈlɔʏmdʊŋ]
Verbuigingen:  Verleumdung , Verleumdungen

deel van de uitdrukking: laster
jemanden wegen Verleumdung und übler Nachrede verklagen - iemand voor laster en smaad aanklagen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verleumden (ww.) iemand iets verwijten (ww.) ; zwartmaken (ww.) ; zwart kleuren (ww.) ; voorhouden (ww.) ; voor de voeten gooien (ww.) ; verwijten (ww.) ; verguizen (ww.) ; nadragen (ww.) ; laken (ww.) ; kwalijk nemen (ww.) ; kleineren (ww.) ; iemand iets aanrekenen (ww.) ; honen (ww.) ; gispen (ww.) ; denigreren (ww.) ; blameren (ww.) ; beschuldigen (ww.) ; beschimpen (ww.) ; berispen (ww.) ; aanwrijven (ww.) ; aanrekenen (ww.)
verleumden kwaadspreken
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `verleumden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: an die Ehre greifen
DE: anschwärzen
DE: beflecken
DE: beschmutzen
DE: bestrafen
DE: besudeln
DE: blamieren
DE: bloßstellen
DE: dem guten Ruf schaden
DE: den guten Ruf erschüttern