Vertalingen verachten DE>NL
I verachten
werkw.
als schlecht und minderwertig betrachten -
verachten Er verachtete sie wegen ihrer Unaufrichtigkeit. - Hij veracht haar omdat zij niet oprecht is. |
nicht zu verachten sein (=gut sein) - niet te versmaden
Die australischen Weine sind durchaus nicht zu verachten. - De Australische wijnen zijn over het algemeen niet te versmaden.
|
II die Verachtung
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [fɛɐˈ|axtʊŋ] |
Verbuigingen: | Verachtung |
das Verachten -
verachting jemandem Verachtung entgegenbringen - iemand verachting toedragen Seit ihrer Trennung straft sie ihn mit Verachtung. - Sinds haar scheiding behandeld zij hem met verachting. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
verachten (ww.) | geringschatten (ww.) ; laten passeren (ww.) ; minachten (ww.) ; neerkijken op (ww.) ; verachten (ww.) ; versmaden (ww.) |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `verachten`

Voorbeeldzinnen laden....