Vertalingen unbrauchbar DE>NL
unbrauchbar
bijv.naamw.
| Uitspraak: | [ˈʊnbrauxbaːɐ] |
1) nicht mehr zu benutzen -
onbruikbaar | Er warf das unbrauchbar gewordene Hemd weg. - Hij gooide het onbruikbaar geworden overhemd weg. |
2) nicht geeignet -
onbruikbaar | Die Vorschläge waren völlig unbrauchbar. - De voorstellen waren helemaal niet bruikbaar. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| unbrauchbar (bnw.) | ondeugdelijk (bnw.) |
| unbrauchbar | onbruikbaar ; onhandig ; onpraktisch |
Bronnen: interglot; WikipediaVoorbeeldzinnen met `unbrauchbar`

Voorbeeldzinnen laden....