unbeteiligt - Vertaling Duits-Nederlands

Vertalingen unbeteiligt DE>NL

I unbeteiligt

bijv.naamw.

Uitspraak:

[ˈʊnbəta ilɪçt]

1) nicht bei etw. aktiv oder von einem Geschehen betroffen - niet betrokken

Er war an dem Verbrechen unbeteiligt. - Hij was niet betrokken bij de inbraak.
unbeteiligte Zuschauer - niet betrokken toeschouwer

2) ohne Interesse oder Emotionen zu entwickeln - ongeïnteresseerd

Sie blieb innerlich völlig unbeteiligt. - Zij bleef innerlijk ongeïnteresseerd.

bijwoord

deel van de uitdrukking: ongeïnteresseerd

unbeteiligt danebenstehen / zusehen - ongeïnteresseerd bijstaan / toekijken

zelfst.naamw. (masculine-feminine)

Uitspraak:	[ˈʊnbəta ilɪçtə]
Verbuigingen:	Unbeteiligten , Unbeteiligten

deel van de uitdrukking: buitenstaander

Bei der Schlägerei kamen auch Unbeteiligte zu Schaden. - Bij de vechtpartij liepen buitenstaanders ook letsel op.

Overige bronnen

unbeteiligt

koelbloedig ; onbewogen ; onverschillig

Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `unbeteiligt`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

DE: gelassen
DE: teilnahmslos
DE: unbewegt