Vertalingen säuseln DE>NL
säuseln (ww.) | draaien (ww.) ; fluisteren (ww.) ; kolken (ww.) ; neurien (ww.) ; ruisen (ww.) ; smiespelen (ww.) ; smoezen (ww.) ; suizelen (ww.) ; suizen (ww.) ; temen (ww.) ; zacht ruisen (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `säuseln`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: rauschen