Vertaal
Naar andere talen: • Schlauch > ENSchlauch > ESSchlauch > FR
Vertalingen Schlauch DE>NL

der Schlauch

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ʃlaux]
Verbuigingen:  Schlauch(e)s , Schläuche

1) eine Röhre aus Gummi o. Ä. - slang
mit dem Gartenschlauch die Blumen gießen - met de tuinslang de planten water geven
jemandem mit einem Schlauch den Magen auspumpen - bij iemand met een slang de maag leegpompen

2) runde, mit Luft gefüllte Röhre aus Gummi in Reifen - binnenband
Im vorderen Fahrradschlauch ist ein Loch. - In de voorband van mijn fiets zit een gat.

3) deel van de uitdrukking:
uitdrukking etw. ist ein Schlauch
uitdrukking auf dem Schlauch stehen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
der Schlauchde waterslang ; waterserpent (znw.) ; de slang (v) ; de buis ; de binnenband (m)
Schlauch slangleiding ; trechter ; sproeislang ; slurf ; binnenband ; slang ; rol ; poederslang ; opvullingsomhulsel ; luchtkamer ; isolatiekous ; huls ; buigzame buis
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Schlauch`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Autoreifen
DE: Fahrradreifen
DE: Fahrradschlauch
DE: Gartenschlauch
DE: Gürtelreifen
DE: Hinterreifen
DE: Reifen
DE: Schlange
DE: Vorderreifen
DE: Wasserschlauch