Vertaal
Naar andere talen: • Schaben > ENSchaben > ESSchaben > FR
Vertalingen Schaben DE>NL

schaben

werkw.
Uitspraak:  [ʃaːbən]

1) die oberste Schicht kratzend oder reibend entfernen - schrapen
Karotten schaben - wortels schrapen
die alten Tapeten von der Wand schaben - het oude behang van de muur afschrapen

2) bei einer Bewegung etw. berühren und daran reiben - schaven
Die Tür schabte am / über den Fußboden. - De deur schaaft over/tegen de vloer.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
schaben (ww.) afkrabben (ww.) ; effenen (ww.) ; egaliseren (ww.) ; gelijkmaken (ww.) ; gladmaken (ww.) ; gladwrijven (ww.) ; schrapen (ww.) ; schrappen (ww.)
schaben afschrapen ; kalibreerbrootsen ; rondschrapen ; roterend schrapen ; ruimen ; schrapen ; uitvlakking
Bronnen: interglot; Horecagids; Download IATE, European Union, 2017.; cibg.be


Voorbeeldzinnen met `Schaben`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abkratzen
DE: abschaben
DE: abscheuern
DE: aufpolieren
DE: ausstreichen
DE: ebnen
DE: egalisieren
DE: feilen
DE: florieren
DE: funkeln