Vertalingen offenfalten DE>NL
offenfalten (ww.) | ontvouwen (ww.) ; openspreiden (ww.) ; openvouwen (ww.) ; uitklappen (ww.) ; uitslaan (ww.) ; uitspreiden (ww.) ; uitvouwen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `offenfalten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: entfaltenDE: falten