Vertaal
Naar andere talen: • mitbringen > ENmitbringen > ESmitbringen > FR
Vertalingen mitbringen DE>NL

mitbringen

werkw.
Uitspraak:  [ˈmɪtbrɪŋən]

1) bei sich haben, wenn man irgendwohin kommt - meebrengen
Du kannst ein paar Freunde zur Party mitbringen. - Je kunt een paar vrienden meebrengen naar het feest.
Hast du mir aus dem Urlaub was mitgebracht? - Heb je van je vakantie wat voor mij meegebracht?

2) bestimmte Voraussetzungen für eine Aufgabe haben - meebrengen
Für diese Arbeit müssen Sie ein wenig Geduld mitbringen. - Voor dit werk moet u wat geduld meebrengen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
mitbringen (ww.) brengen (ww.) ; langs brengen (ww.) ; meebrengen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `mitbringen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: bringen
DE: einbringen
DE: herbeibringen
DE: mitnehmen