Vertalingen leugnen DE>NL
leugnen
werkw.
eine berechtigte Anschuldigung oder Feststellung als unwahr zurückweisen -
ontkennen Er leugnete die Tat. - Hij ontkende de daad. Sie leugnete, ihn zu kennen. - Zij ontkent hem te kennen. Man kann nicht leugnen, dass es ein Rückschlag ist. - Je kunt niet ontkennen dat het een tegenslag is. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
leugnen (ww.) | in tegenspraak zijn met (ww.) ; loochenen (ww.) ; ontkennen (ww.) ; tegenspreken (ww.) ; weerleggen (ww.) ; weerspreken (ww.) |
das Leugnen | de ontkenning |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `leugnen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ableugnenDE: abstreitenDE: aufmuckenDE: bestreitenDE: in Abrede stellenDE: nicht anerkennenDE: protestierenDE: verleugnenDE: verneinenDE: von sich abweisen