1. MWB
  2. Vertalen
  3. langsam (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • langsam > EN • langsam > ES • langsam > FR
Vertalingen langsam DE>NL

I langsam

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ˈlaŋzaːm]

1) von geringer Geschwindigkeit - langzaam

2) länger für eine Tätigkeit brauchend als andere - langzaam

3) deel van de uitdrukking: langzaam
Es trat eine langsame Verbesserung ein. - Er trad een langzame verbetering op.


II langsam

bijwoord

1) deel van de uitdrukking: langzaam
langsam fahren / gehen - langzaam rijden / gaan
uitdrukking langsam, aber sicher

2) deel van de uitdrukking: langzaam
Es wird langsam Zeit, nach Hause zu gehen. - Het wordt langzaam aan tijd om naar huis te gaan.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
langsam lijzig ; weifelend ; treuzelend ; treuzelachtig ; traag ; talmend ; sloom ; slepend ; loom ; log ; leuterig ; langzaamaan ; langzaam ; dralend ; besluitloos ; aarzelend ; langzaam ; traagjes ; stilaan (bijwoord) ; langzamerhand
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `langsam`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: arbeitsscheu
DE: denkfaul
DE: faul
DE: flau
DE: freudlos
DE: lasch
DE: lustlos
DE: matt
DE: schlapp
DE: schleppend