Vertaal
Vertalingen korrespondieren DE>NL
korrespondieren (ww.) corresponderen (ww.) ; een briefwisseling hebben (ww.) ; kalken (ww.) ; overeenkomen (ww.) ; overeenstemmen (ww.) ; pennen (ww.) ; schrijven (ww.) ; stroken (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `korrespondieren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: analog sein
DE: entsprechen
DE: in Korrespondenz stehen mit
DE: in/im Briefwechsel stehen mit
DE: schreiben
DE: sich schreiben
DE: übereinstimmen
DE: zusammenfallen