Vertalingen konvenieren DE>NL
konvenieren (ww.) | conveniëren (ww.) ; deugen (ww.) ; gelegen komen (ww.) ; geschikt zijn (ww.) ; passen (ww.) ; passend zijn (ww.) ; schikken (ww.) ; uitkomen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `konvenieren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: gefallenDE: gelegen kommenDE: geschikt seinDE: passenDE: rundkommenDE: schmeckenDE: taugen