Vertaal
Naar andere talen: • forttreiben > ENforttreiben > ESforttreiben > FR
Vertalingen forttreiben DE>NL
forttreiben (ww.) influisteren (ww.) ; ingeven (ww.) ; souffleren (ww.) ; stuwen (ww.) ; verdrijven (ww.) ; verjagen (ww.) ; voortstuwen (ww.) ; vooruitduwen (ww.) ; wegjagen (ww.)
das Forttreiben wegdobberen (znw.) ; het wegdrijven
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `forttreiben`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abtreiben
DE: anregen
DE: antreiben
DE: aufjagen
DE: eingeben
DE: einhelfen
DE: fortjagen
DE: prophezeien
DE: raten
DE: soufflieren