Vertaal
Naar andere talen: • fertig > ENfertig > ESfertig > FR
Vertalingen fertig DE>NL

fertig

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ˈfɛrtɪç]

1) in einem Zustand, in dem jemand sofort aktiv werden kann - klaar
Ich bin fertig, wir können gehen. - Ik ben klaar, we kunnen gaan.
die Kinder für die Schule fertig machen - de kinderen klaar maken voor school
reisefertig sein - gereed om te vertrekken
versandfertige Ware - klaar voor verzending

2) vollständig gemacht, hergestellt - klaar
Der Kuchen muss jeden Moment fertig sein. - De taart kan elk moment klaar zijn.
Im fertigen Film kam die Szene nicht vor. - In de uiteindelijke film komt die scene niet voor.
uitdrukking (mit etw.) fertig sein / werden
uitdrukking (etw.) fertig machen / lesen / schreiben / ...

3) völlig erschöpft oder verzweifelt, traurig o. Ä. - klaar zijn
Nach der Radtour / Scheidung war ich total fertig. - Na de fietstocht / scheiding was ik er helemaal klaar mee.

4) deel van de uitdrukking:
uitdrukking mit jemandem fertig sein
uitdrukking mit jemandem fertig werden
uitdrukking mit etw. fertig werden

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
fertig gedaan ; voorbij ; voltooid ; volbracht ; uitgeteld ; uit ; paraat ; over ; op ; klaar ; hondsmoe ; gereed ; gepleegd ; gekookt ; geëindigd ; gaar ; doorgekookt ; doodop ; doodmoe ; dodelijk vermoeid ; beëindigd ; afgemat ; afgelopen ; afgedaan ; af ; bereid ; op dronk ; nietszeggend ; drinkrijp
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `fertig`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abgemattet
DE: abgespannt
DE: am Ende
DE: aus
DE: beendet
DE: bereit
DE: einsatzbereit
DE: erledigt
DE: ermattet
DE: ermüdet

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: fix und fertig NL: kant en klaar
DE: der ist fertig! NL: die is er geweest!, die heeft niets meer in te brengen!
DE: mit dem bin ich fertig NL: met hem wil ik niets meer te maken hebben
DE: da bin ich doch fertig ! NL: daar sta ik van te kijken!
DE: fertig werden NL: klaarkomen