Vertaal
Vertalingen entschließen DE>NL

I zich entschließen

reflexief werkw.
Uitspraak:  [ɛntˈʃliːsən]

deel van de uitdrukking:
uitdrukking sich zu etw. entschließen


II entschlossen

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ɛntˈʃlɔsən]

deel van de uitdrukking: vastbesloten
Er ist fest entschlossen, seinen Traum zu verwirklichen. - Hij is vastbesloten om zijn droom te verwezenlijken.
ein entschlossenes Gesicht machen - een vastbesloten gezicht trekken


III entschlossen

bijwoord

deel van de uitdrukking: vastbesloten
entschlossen handeln - vastbesloten handelen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
entschließen (ww.) ontginnen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `entschließen`
Voorbeeldzinnen laden....


Uitdrukkingen en gezegdes
DE: sich entschließen NL: besluiten