Vertaal
Naar andere talen: • eifrig > ENeifrig > ESeifrig > FR
Vertalingen eifrig DE>NL

I eifrig

bijv.naamw.
Uitspraak:  aifrɪç]

voll Eifer - ijverig
ein eifriger Schüler - een ijverige scholier


II eifrig

bijwoord

deel van de uitdrukking: ijverig
Sie notierte eifrig, was der Chef ihr auftrug. - Zij noteerde ijverig wat de chef haar opdroeg.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
eifrig noest ; geanimeerd ; geil ; gepassioneerd ; gretig ; happig ; hartstochtelijk ; heet ; heetbloedig ; hitsig ; fanatiek ; onvermoeibaar ; opgewonden ; seksueel opgewonden ; stormachtig ; streverig ; temperamentvol ; vurig ; warmbloedig ; energiek ; actief ; ambitieus ; bedreven ; bedrijvig ; bezet ; bezeten ; bezig ; daadkrachtig ; druk ; drukbezet ; drukpratend ; dynamisch ; eerzuchtig ; ijverig ; vlijtig ; toegewijd ; naarstig
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `eifrig`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: aktiv
DE: angeheitert
DE: angeregt
DE: arbeitsam
DE: aufgeregt
DE: ausgelassen
DE: begehrlich
DE: begeistert
DE: begierig
DE: beseelt