1. MWB
  2. Vertalen
  3. ausdenken (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • ausdenken > EN • ausdenken > ES • ausdenken > FR
Vertalingen ausdenken DE>NL

ausdenken

werkw.
Uitspraak:  [ˈausdɛŋkən]

1) deel van de uitdrukking:
uitdrukking sich etw. ausdenken

2) deel van de uitdrukking:
uitdrukking etw. ist nicht auszudenken

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
ausdenken (ww.) bedenken (ww.) ; nadenken (ww.) ; overdenken (ww.) ; peinzen (ww.) ; plannen (ww.) ; verdichten (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `ausdenken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: erdichten
DE: erfinden
DE: ersinnen
DE: Nachdenken
DE: phantasieren
DE: planen
DE: sich ausdenken
DE: Sinnen