1. MWB
  2. Vertalen
  3. Aufregung (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Aufregung > EN • Aufregung > ES • Aufregung > FR
Vertalingen Aufregung DE>NL

die Aufregung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈaufreːgʊŋ]
Verbuigingen:  Aufregung , Aufregungen

Zustand der Erregung - opwinding
In der Aufregung vergaß sie ihre Handtasche. - In alle opwinding vergat zij haar handtas.
Sein Unfall sorgte für große Aufregung. - Zijn ongeluk zorgde voor grote opwinding.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
die Aufregungde opwinding ; de verwarring (v) ; de sensatie (v) ; het rumoer ; de roerigheid (v) ; rep (znw.) ; de rel (m) ; de ordeverstoring (v) ; het opzien ; de beroering (v) ; het opstootje ; de opschudding (v) ; de ophef (m) ; onrustigheid (znw.) ; de onrust ; de deining (v) ; de commotie
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `Aufregung`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: aufheben
DE: Aufruhr
DE: Aufsehen
DE: Gespanntheit
DE: Krach
DE: Krawall
DE: Ordnungswidrigkeit
DE: Radau
DE: Sensation
DE: Skandal