Vertalingen Angeber DE>NL
der Angeber | de opschepper (m) ; de zenuwlijder (m) ; de wonderdokter (m) ; de windbuilen ; de windbuil ; de veinzer (m) ; de snoevers ; de snoever (m) ; de pronker ; de praatjesmakers ; de pochers ; de pocher (m) ; de opsnijders ; de opsnijder (m) ; de opscheppers ; aansteller ; leeg vat (znw.) ; de kwakzalver (m) ; de huichelaar (m) ; hol vat (znw.) ; het haantje ; de grootspreker (m) ; de gluiperd (m) ; de gladjanus (m) ; de druktemaker (m) ; de dikdoeners ; de charlatan (m) ; de branieschopper (m) ; de bluffers ; de bluffer (m) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `Angeber`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: AufschneiderDE: DicktuerDE: GernegroßDE: GroßsprecherDE: GroßtuerDE: KurpfuscherDE: LuftikusDE: MöchtegernDE: PrahlerDE: Quacksalber