Vertalingen Zeit DE>NL
die Zeit
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ʦait] |
Verbuigingen: | Zeit , Zeiten |
1) das Ablaufen von Sekunden, Stunden, Tagen, Wochen und Jahren -
tijd Die Zeit schien stillzustehen. - De tijd scheen stil te staan. Seitdem ist viel Zeit vergangen. - Sindsdien is er veel tijd verstreken. |
mit der Zeit (=allmählich) - mettertijd
Du wirst dich mit der Zeit besser fühlen. - Je zult je mettertijd beter voelen.
|
in letzter / nächster Zeit (=) - in de afgelopen tijd
|
Die Zeit heilt alle Wunden. (=) - De tijd heelt alle wonden.
|
Kommt Zeit, kommt Rat. (=) - Komt tijd, komt raad.
|
2) deel van de uitdrukking: tijdstip Früher wurden Babys nur zu bestimmten Zeiten gefüttert. - Vroeger kregen baby's alleen op bepaalde tijdstippen eten. Jetzt ist Schlafenszeit / Essenszeit. - Nu is het tijd om te slapen / eten. |
von Zeit zu Zeit (=manchmal) - van tijd tot tijd
|
es ist / wird Zeit, dass … (=etw. muss getan werden) - het wordt tijd dat ..
|
es ist höchste Zeit, dass … (=) - het is de hoogste tijd dat ...
|
3) deel van de uitdrukking: tijd Um welche Zeit kommt der Zug an? - Hoe laat komt de trein aan? |
4) verfügbarer Zeitraum -
tijd Ich habe jetzt leider keine Zeit. - Ik heb helaas geen tijd. seine Zeit mit etw. verbringen - zijn tijd met iets doorbrengen |
sich Zeit lassen (=etw. tun, ohne sich zu beeilen) - zich de tijd gunnen
|
die Zeit totschlagen (=seine Zeit mit sinnlosen Dingen verbringen) - de tijd doden
|
5) Zeitabschnitt mit bestimmter historischer Bedeutung -
tijd zur Zeit Karls des Großen - in de tijd van Karel de Grote eine Legende aus alter Zeit - een legende uit vervolgen tijden Ritterzeit - riddertijd Friedenszeiten - vredestijd |
6) Kategorie von Verbformen, die zeigt, ob das Gesagte in der Vergangenheit, Gegenwart oder Zukunft stattfindet taalkunde -
tijd In welcher Zeit steht das Verb? - In welke tijd staat het werkwoord? |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
die Zeit | het tempus ; de tijd (m) |
Zeit | tijd |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Zeit`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: AugenblickDE: BedienungDE: DauerDE: DienstDE: DienstzeitDE: EpocheDE: FristDE: HilfeDE: JahrhundertDE: jmdmè einen Dienst erweisenUitdrukkingen en gezegdes
DE: auf kurze
Zeit
NL: voor korte tijdDE: auf
Zeit
NL: tijdelijkDE: zur
Zeit
NL: op het ogenblik NL: ten tijde v.DE: zu der
Zeit
NL: in die tijd NL: destijdsDE: zu seiner
Zeit, in, op zijn tijd. vor
Zeiten
NL: lang geledenDE: es ist an der
Zeit
NL: het is tijd