1. MWB
  2. Vertalen
  3. vorherrschen (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • vorherrschen > EN • vorherrschen > ES • vorherrschen > FR
Vertalingen vorherrschen DE>NL

I vorherrschen

werkw.
Uitspraak:  [ˈfoːɐhɛrʃən]

am stärksten vorhanden sein - overheersen
In dem Gemälde herrschen dunkle Farben vor. - In het schilderij overheersten de donkere kleuren.
die vorherrschende Meinung - de overheersende mening


II die Vorherrschaft

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈfoːɐhɛrʃaft]
Verbuigingen:  Vorherschaft

deel van de uitdrukking: heerschappij
der Kampf um die Vorherrschaft auf dem Markt - de strijd om de heerschappij in de markt

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vorherrschen (ww.) de overhand hebben (ww.) ; domineren (ww.) ; overheersen (ww.) ; troef zijn (ww.)
das Vorherrschen dominering (znw.)
vorherrschen de boventoon voeren
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `vorherrschen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: beherrschen
DE: dominieren
DE: herrschen
DE: stechen