Vertalingen Schuld DE>NL
schuld
bijv.naamw.
deel van de uitdrukking: (an etw.) schuld sein (=für etw. Schlechtes verantwortlich sein) - schuld
Wer war schuld an dem Unfall? - Wie was schuldig bij het ongeluk?
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
die Schuld | de aansprakelijkheid (v) ; de bankschuld ; de debet ; financiële schuld (znw.) ; de schuld (v) ; de schulden ; het tekort ; tekortsaldo (znw.) ; verplichting |
Schuld | schuld ; uitschuld ; verbintenis ; verplichting |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Schuld`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: DebetsaldoDE: finanzielle VerpflichtungDE: GeldschuldDE: HaftbarkeitDE: HaftungDE: RückstandDE: SchuldigkeitDE: SollDE: VerantwortlichkeitUitdrukkingen en gezegdes
DE: schuld sein,
schuld haben
NL: de schuld hebben, de schuld zijn van