Vertalingen Leiter DE>NL
Ia der Leiter
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈlaitɐ] |
Verbuigingen: | Leiters , Leiter |
Ib die Leiterin
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈlaitərɪn] |
Verbuigingen: | Leiterin , Leiterinnen |
Person, die eine Firma o. Ä. leitet -
leider der Leiter der Firma / des Chors - de leider van het bedrijf / het koor Abteilungsleiter - afdelingshoofd Kursleiter - cursusleider |
II die Leiter
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈlaitɐ] |
Verbuigingen: | Leiter , Leitern |
zwei lange Stangen, die durch viele kurze verbunden sind -
ladder auf eine hohe Leiter steigen - op een hoge ladder klimmen von einer Leiter fallen - van een ladder vallen |
III der Leiter
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈlaitɐ] |
Verbuigingen: | Leiters , Leiter |
Stoff, der leitet natuurkunde -
geleider Kupfer ist ein guter Leiter. - Koper is een goede geleider. Stromleiter - stroomgeleider |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Leiter | de hoofdonderwijzer (m) ; de voorman (m) ; het schoolhoofd ; de schooldirecteur (m) ; de rector (m) ; de opperhoofden ; de leidster (v) ; de leidsmannen ; de leidsman (m) ; de leiders ; de leider (m) ; de leer ; de ladder (v) ; klimladder (znw.) ; de hoofdopzichter (m) ; de hoofdmannen ; de hoofdman (m) ; hoofd (znw.) ; de geleider (m) ; elektriciteitsgeleider (znw.) ; de aanvoerster (v) ; de aanvoerder (m) |
Leiter | geleider ; stroomdraad ; stag ; reddingsladder ; platform voor de bediening ; ladder ; Hoofd |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Leiter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: BegleiterDE: BetreuerDE: BetriebsführerDE: BetriebsleiterDE: ChefDE: ChefsDE: GebieterDE: GeschäftsführerDE: GeschäftsleiterDE: Hauptmann