Vertalingen Imker DE>NL
der Imker
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈɪmkɐ] |
Verbuigingen: | Imkers , Imker |
die Imkerin
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈɪmkərɪn] |
Verbuigingen: | Imkerin , Imkerinnen |
jd, der beruflich Bienen hält und deren Honig verkauft -
imker © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Imker | de bijenhouder (m) ; de imker (m) |
Imker | bijenhouder ; bijenteler ; imker |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `Imker`

Voorbeeldzinnen laden....