Gegenteil - Vertaling Duits-Nederlands

Vertalingen Gegenteil DE>NL

das Gegenteil

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈg eːg ənta il]
Verbuigingen:	Gegenteil(e)s , Gegenteile

eine Person / Sache, die völlig entgegengesetzte Eigenschaften zu einer anderen hat - tegendeel

„Schwer‟ ist das Gegenteil von „leicht‟. - "Zwaar" is het tegenovergestelde van "licht". Die anfänglich positive Stimmung schlug ins Gegenteil um. - De aanvankelijk positieve stemming sloeg in het tegenovergestelde om.
(ganz) im Gegenteil (=drückt aus, dass das Gegenteil zutrifft) - in het tegendeel Ich bin nicht böse, im Gegenteil, ich freue mich für euch. - Ik ben niet boos, in tegendeel, ik ben blij voor jullie.

Overige bronnen

das Gegenteil

antipool (znw.) ; de antithese (v) ; omgekeerde (znw.) ; tegendeel (znw.) ; de tegenhanger (m) ; het tegenovergestelde ; de tegenpool

Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `Gegenteil`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

DE: Antipode
DE: Antithese
DE: Entgegengesetzte
DE: Gegenbild
DE: Gegenpol
DE: Gegensatz
DE: Gegenstück
DE: Kontrast