1. MWB
  2. Vertalen
  3. Gebrüll (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Gebrüll > EN • Gebrüll > ES • Gebrüll > FR
Vertalingen Gebrüll DE>NL

das Gebrüll

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [gəˈbrʏl]
Verbuigingen:  Gebrüll(e)s

1) die lauten Schreie, die für manche Tierarten typisch sind - gebrul

2) Schreien, bes. aus Wut - gebrul
Aus dem Kinderzimmer ertönte wütendes Gebrüll. - Uit de kinderkamer klonk een woedend gebries.
uitdrukking Auf sie mit Gebrüll!

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
das Gebrüllhet gebrul ; het gegier ; het gegil ; het geloei ; gescheld (znw.) ; het geschreeuw ; het getier
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `Gebrüll`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Brüllen
DE: Geheul
DE: Geplärr
DE: Geschrei
DE: Getöse
DE: Heulen
DE: Muhen
DE: Plärren
DE: Toben
DE: Tosen