Vertalingen Fortführen DE>NL
fortführen
werkw.
1) mit etw. weitermachen -
voortzetten Die Regierung will das Reformprogramm fortführen. - De regering wil het hervormingsprogramma doorvoeren. |
2) jemanden an einen anderen Ort führen -
wegbrengen , wegvoeren Der Verdächtige wurde in Handschellen fortgeführt. - De verdachte werd met handboeien om weggevoerd. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
fortführen (ww.) | afvoeren (ww.) ; berispen (ww.) ; beschuldigen (ww.) ; blameren (ww.) ; nadragen (ww.) ; prolongeren (ww.) ; verdergaan (ww.) ; voorhouden (ww.) ; voortgaan (ww.) ; voortzetten (ww.) ; wegdragen (ww.) |
das Fortführen | het wegleiden |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `Fortführen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abführenDE: abtransportierenDE: aufrechterhaltenDE: bleibenDE: deportierenDE: fortbringenDE: fortfahren mitDE: fortsetzenDE: wegbringenDE: wegführen