Vertalingen einwerfen DE>NL
einwerfen
werkw.
1) in etw. werfen -
ingooien , posten Könntest du diesen Brief für mich einwerfen? - Zou je de brief voor mij kunnen posten? |
2) durch Werfen zerstören -
ingooien Die Jungen haben mit dem Ball die Fensterscheibe eingeworfen. - De jongens hebben met de bal de ruit ingegooid. |
3) ein Gespräch / jemanden durch eine Bemerkung unterbrechen -
terloops opmerken , onderbreken „Und wer soll das finanzieren?‟, warf er ein. - "En wie moet dat financieren?", onderbrak hij. |
4) aus dem Aus wieder ins Spiel werfen sport -
ingooien Sie warf den Ball vom linken Spielfeldrand ein. - Zij wierp de bal van de linkerzijde van het speelveld in. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
einwerfen (ww.) | ingooien (ww.) ; op de bus doen (ww.) ; posten (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `einwerfen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: aufgebenDE: einstecken