Vertalingen Decke DE>NL
die Decke
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈdɛkə] |
Verbuigingen: | Decke , Decken |
1) ein warmes, weiches Material, mit dem man sich warm halten kann -
deken sich in eine Decke wickeln - zich in een deken wikkelen |
mit jemandem unter einer Decke stecken (=mit jemandem geheime Pläne haben) - met iemand onder een hoedje spelen
|
2) ein Stück Stoff, das man auf den Tisch legt -
tafelkleed eine neue Decke auflegen - een nieuw tafelkleed opleggen |
3) die Fläche, die Räume nach oben abschließt -
plafond eine Lampe an die Decke hängen - een lamp aan het plafond ophangen |
an die Decke gehen (=sehr wütend werden) - woedend worden
Er geht immer an die Decke, wenn ich das Thema anspreche. - Hij wordt altijd woedend als ik dat onderwerp aansnijd.
|
jemandem fällt die Decke auf den Kopf (=jemand fühlt sich zu Hause einsam) - zich (thuis) eenzaam voelen
|
4) Schicht einer Substanz, die etw. bedeckt oder verbirgt -
laag Eisdecke - ijslaag Schneedecke - sneeuwlaag Teerdecke - asfalt laag Wolkendecke - wolkendek |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
die Decke | de deken (m) ; de zoldering (v) ; het volume ; het plafond ; de overkapping (v) ; de overdekking (v) ; de koepel (m) ; de kleed (m) ; de kap (m) ; het hoofddeksel ; het geluidsniveau ; de dekkleed ; de dek ; het dak ; beddedeken (znw.) ; afdekkap (znw.) |
Decke | deken ; zoldering ; zeil ; plafond ; onderzijde van een dek ; glasbadkap ; deklaag |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Bouwtermen
Voorbeeldzinnen met `Decke`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: AbdecktuchDE: AuflageDE: AuflegungDE: AusgabeDE: BandDE: BandeDE: BedeckungDE: BettdeckeDE: BettuchDE: BettwäscheUitdrukkingen en gezegdes
DE: sich nach der
Decke strecken
NL: de tering naar de nering zetten