1. MWB
  2. Vertalen
  3. dass (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • dass > EN • dass > ES • dass > FR
Vertalingen dass DE>NL

dass

voegwoord
Uitspraak:  [das]

1) leitet einen Nebensatz ein, der das Objekt des ganzen Satzes darstellt - (op-/zo-/om-)dat
Ich glaube, dass er krank ist. - Ik geloof dat hij ziek is.
Er ärgerte sich darüber, dass er eine so schlechte Note bekommen hatte. - Hij ergerde zich erover dat hij zulke slechte punten had gekregen.

2) leitet einen Nebensatz ein, der das Subjekt des ganzen Satzes darstellt - (op-/zo-/om-)dat
Dass es so enden musste, ist tragisch. - Dat het zo moest eindigen is tragisch.

3) leitet einen Nebensatz ein, der einen Teil des Satzes näher bestimmt - (op-/zo-/om-)dat
Er kann die Tatsache, dass er älter wird, nicht leugnen. - Hij kan het feit dat hij ouder wordt niet ontkennen.

4) deel van de uitdrukking:
uitdrukking so ..., dass

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
daß die ; dat ; degene ; diegene ; opdat ; zodat
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `dass`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: dergleichen
DE: etwas Derartiges
DE: etwas Ähnliches
DE: so einer
DE: so etwas
DE: solch einer
DE: solches