Vertalingen Betrug DE>NL
der Betrug
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [bəˈtruːk] |
Verbuigingen: | Betrug(e)s |
1) das Betrügen, um Vorteile zu erlangen -
bedrog auf einen Betrug hereinfallen - zich laten bedriegen jemandem Betrug an den Wählern vorwerfen - iemand kiezersbedrog verwijten |
2) das Betrügen als Straftat juridisch -
bedrog Ihm wird Betrug und Unterschlagung zur Last gelegt. - Hem wordt bedrog en verduistering ten laste gelegd. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Betrug | gezwendel (znw.) ; de zwendelarij (v) ; de zwendel ; de verlakkerijen ; de verduistering (v) ; de verdonkeremaning (v) ; de oplichtingen ; de oplichting (v) ; de oplichterijen ; de oplichterij (v) ; nep (znw.) ; de misleidingen ; de misleiding (v) ; leugenarij (znw.) ; de knoeierij (v) ; de fraude ; de flessentrekkerij (v) ; het bedrog ; de bedriegerij (v) |
Betrug | bedrog ; zwendel ; warboel ; stellionaat ; schelmerij ; puinhoop ; oplichting ; frauduleuze handeling ; fraude met telefoonkosten ; fraude |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Betrug`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: BetrugereiDE: GaukeleiDE: HehlereiDE: HintergehungDE: neppDE: PfuschereiDE: PfuschwerkDE: SchiebungDE: SchwindelDE: Schwindelei