Vertalingen Pfuscherei DE>NL
die Pfuscherei | het gezeur ; de zwendelarij (v) ; het zootje ; de troep (m) ; de samenzwering (v) ; de rotzooi ; de rommel (m) ; de puinzooi ; de puinhoop (m) ; de oplichterij (v) ; nep (znw.) ; de knoeierij (v) ; het bedrog ; het getreuzel ; het gemors ; het gemier ; het geknoei ; het geklungel ; het gebroddel ; de futselarij (v) ; het complot ; de beuzelarij (v) ; de bende |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `Pfuscherei`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: durcheinanderDE: GepfuscheDE: GequakeDE: GeschmiereDE: GesudelDE: NeppDE: PfuschDE: PfuscharbeitDE: PfuschwerkDE: Sauwirtschaft