Vertaal
Naar andere talen: • belasten > ENbelasten > ESbelasten > FR
Vertalingen belasten DE>NL

I belasten

werkw.
Uitspraak:  [bəˈlastən]

1) stark beanspruchen, negativ auf den Zustand / die Stimmung wirken - belasten
Der Streit hat unsere Beziehung schwer belastet. - De ruzie heeft onze relatie zwaar belast.

2) von jemandem Geld verlangen oder Ausgaben nötig machen - belasten , afschrijven
Alleinstehende sollen steuerlich stärker belastet werden als Familien. - Alleenstaanden moeten meer belasting betalen als gezinnen.

3) eine schädliche Wirkung auf etw. haben - belasten
Treibgase, die das Klima belasten - drijfgassen die het klimaat belasten

4) Gewicht auf etw. legen - belasten

5) für jds Schuld sprechen juridisch - belasten
belastende Beweise / Zeugenaussagen - belastende bewijzen / getuigenissen

6) einen Geldbetrag davon abziehen financieel - afschrijven
uitdrukking etw. mit einer Hypothek / Grundschuld belasten


II die Belastung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [bəˈlastʊŋ]
Verbuigingen:  Belastung , Belastungen

1) deel van de uitdrukking: belasting
Die Flucht stellte eine starke psychische Belastung für alle dar. - De ontsnapping was voor iedereen een flinke psychische belasting.

2) deel van de uitdrukking: belasting
eine starke steuerliche Belastung - een zware belastingdruk

3) deel van de uitdrukking: belasting
die Belastung der Luft durch Feinstaub - de belasting van de lucht door fijn stof

4) deel van de uitdrukking: belasting
Diese Pfeiler halten große Belastungen aus. - Deze pijlers kunnen grote belastingen aan.

5) deel van de uitdrukking: juridisch bezwarende verklaring
Belastungszeuge - kroongetuige

6) deel van de uitdrukking: financieel afschrijving

7) deel van de uitdrukking: financieel vaste lasten
eine hohe Hypothekenbelastung - een hoge hypotheek

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
belasten (ww.) belasten (ww.) ; bezwaren (ww.) ; gewicht toevoegen (ww.) ; opladen elektriciteit (ww.) ; opnieuw laden (ww.) ; verzwaren (ww.) ; zwaarder maken (ww.)
belasten belasten ; bezwaren ; debiteren ; met schulden belasten ; op de rekening laten schrijven ; spanning uitoefenen ; veel vergen van
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Omegawiki.org; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `belasten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: aufladen
DE: auflasten
DE: befrachten
DE: beladen
DE: beschweren
DE: einladen
DE: erschweren
DE: laden
DE: Schwerer machen

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: einen für einen Betrag belasten NL: iemand voor een bedrag debiteren