Vertaal
Naar andere talen: • bunt > ENbunt > ESbunt > FR
Vertalingen bunt DE>NL

I bunt

bijv.naamw.
Uitspraak:  [bʊnt]

1) mit mehreren, verschiedenen Farben - bont
bunte Bilder - bonte foto's

2) aus verschiedenen Dingen bestehend - bont
ein bunter Abend mit Musik und Sketchen - een bonte avond met muziek en sketches.


II bunt

bijwoord

deel van de uitdrukking: bont
etw. bunt bemalen - iets bont beschilderen
ein bunt gemischtes Publikum - een zeer gemengd publiek

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bunt bont ; gekleurd ; kakelbont ; kleurig ; kleurrijk ; veelkleurig ; bonte ; meerkleurig ; veelkleurige
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `bunt`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: buntscheckig
DE: farbenfreudig
DE: farbenfroh
DE: farbenreich
DE: farbig
DE: gefärbt
DE: knallbunt
DE: kunterbunt
DE: vielfarbig