Antrieb - Vertaling Duits-Nederlands

Naar andere talen: • Antrieb > EN • Antrieb > ES • Antrieb > FR

Vertalingen Antrieb DE>NL

der Antrieb

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈantriːp]
Verbuigingen:	Antrieb(e)s , Antriebe

1) Kraft, die eine Maschine, ein Fahrzeug o. Ä. antreibt ^technisch - aandrijving

ein Auto mit Elektroantrieb - een auto aangedreven op stroom

2) Gründe, die einen dazu bewegen, etw. zu tun - beweging

aus eigenem Antrieb nach einer Lösung suchen - uit eigen beweging naar een oplossing zoeken

Overige bronnen

der Antrieb	de aandrang (m) ; de voortstuwing (v) ; de stuwkracht ; de neiging (v) ; de natuurdrift ; de motor (m) ; het instinct ; de impuls (m) ; de driften ; de drift ; de drang (m) ; de aandrijving (v) ; de aandriften ; de aandrift
Antrieb	aandrijfmechanisme ; voortstuwingseenheid ; transmissie ; impulsus ; impuls ; drijfwerk ; besturingsinrichting ; bedieningsinrichting ; actuator ; aandrijvingsmechanisme ; aandrijving ; aandrijfsysteem ; aandrijfmotor

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.

Voorbeeldzinnen met `Antrieb`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

DE: Andrag
DE: Anregung
DE: Anreiz
DE: Ansporn
DE: Anstoß
DE: Antriebskraft
DE: Geschlechtstrieb
DE: Impuls
DE: Instinkt
DE: Leidenschaft

Uitdrukkingen en gezegdes

DE: aus eigenem Antrieb NL: uit eigen beweging