Vertalingen vergraulen DE>EN
vergraulen (ww.) | to badger ; to be a nuisance ; to be a pain in the neck ; to keep on ; to nag ; to pester |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `vergraulen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: eiternDE: faselnDE: flennenDE: foppenDE: greinenDE: jammernDE: klagenDE: klonenDE: leinernDE: quaken